Budgetteren, hoe doe je dit?
Het opstellen van een budget kan je helpen weloverwogen financiële beslissingen te nemen, schulden te vermijden en je financiële doelen te bereiken. Wil jij controle en beheer over je geld en een stabiele financiële toekomst opbouwen? Dan is het essentieel dat budgetteren een onderdeel is van je leven. Leer in dit artikel een praktische voorbeeld van budgetteren.
Bepaal je inkomen:
Tel al je inkomstenbronnen zoals je salaris, side hustles en investeringen bij elkaar op.
Bepaal je uitgaven:
Maak een lijst van al je uitgaven. Voorbeelden van uitgaven: huur of hypotheek, autoverzekeringen, boodschappen etc.
Deel je uitgaven op in categorieën:
Groepeer je uitgaven in categorieën. Bijvoorbeeld autoverzekering, benzine, onderhoudskosten vallen in de groep ‘autokosten’.
Bepaal je budget per uitgaven:
Maak het verschil tussen vaste en variabele kosten. Vaste kosten zullen niet veranderen per maand, terwijl variabele kosten per maand kunnen verschillen. Op jouw vaste kosten heb je geen invloed, maar op je variabele kosten wel. Haal eerst alle vaste kosten van je inkomen af, stel daarna een budget op met hoeveel je wilt sparen en met het resterende inkomen budgetteer je de variabele kosten.
Stel financiële doelen:
Door financiële doelen te stellen kan je jouw budget aanpassen hoeveel geld je wilt uitgeven per onderdeel van je leven. Stel je wilt op yoga retraite (€1.000,-) over 6 maanden, neem dan dit op in je budget en zet hiervoor €167,- euro opzij elke maand.
Maak aanpassingen:
Bekijk je budget regelmatig. Stel een vaste datum in de maand in om jouw budget voor de komende maand op te maken en aan te passen naar jouw persoonlijke doelen.
Een voorbeeld van een maand budgettering
Inkomen: €3000,-
Salaris: €2.500,-
Side hustles: €500,-
Vaste kosten: €1450,-
Huur: €1000,-
Autokosten: €300,-
Zorgverzekering: €150,-
Vaste kosten: €350,-
Abonnementskosten: €150,-
Schuldaflossingen: €100,-
Sporten: €100,-
Variabele kosten: €350,-
Boodschappen: €200,-
Cadeaus:€50,-
Restaurants/takeout: €100,-
Variabele kosten: €150,-
Kleding: €50,-
Activiteiten: €50,-
Woning: €50,-
Financiële doelen: €600,-
Sparen: €300,-
Investeringen: €200,-
Vakantiepotje: €100,-
Noodpotje: €100,-
Totalen: €0,-
Totale inkomsten: + €3000,-
Totale uitgaven: – 2300,-
Financiële doelen: – €700,-
Budgetteer al je inkomen
In dit voorbeeld van budgetteren blijft er niks over aan de eindstreep. Dit komt omdat je jouw financiële doelen ook budgetteert en als een soort uitgaven kan zien. Je geeft dit geld niet uit, maar je zorgt ervoor dat je de juiste hoeveelheid van je inkomen opzij zet op basis van jouw financiële plan.
Door je budget regelmatig te herzien, kan je aanpassingen maken en ervoor zorgen dat je op koers blijft om jouw financiële doelstellingen te behalen.